Skip to main content

De Ierse pub

De Ierse pub

‘Die Linkse Kutkrant’ heeft de eigen, aardige gewoonte om in haar magazine-op-zaterdag af en toe aandacht te besteden aan design. De wie, watte? Ja, precies – en zó brengen ze op gezette tijden ook een modespecial. De overige 48 weken graas ik hem tot kort op de nietjes af. Nu ben ik toevallig zelf een gekende trendsetter qua kleding en woninginrichting – en breid hier uw perceptie gerust uit tot vakantiebestemming, voedsel-, drank- en muzieksmaak. Puur en alleen omdat ‘het modebeeld’ elke zoveel jaar gerecycled wordt, dus: als je nooit meeloopt, loop je vanzelf voorop. Alles komt in cycli voorbij.
Elke week wordt weer bevestigd dat ik ergens in de wereld op een bepaald gebied best hip ben. Voorbeelden? Mijn reis naar Slovenië toen dat als land nog geeneens bestond! Vanaf de jaren 80 draag ík metal shirts en ik draai al mijn hele leven LP’s. Laatst vroeg men mij om een ruilbeurs in Senseo apparaten te organiseren, helaas: té druk met mijn modelijn: naast nagellak, nu ook hoofddoekjes voor mannen.
Ik trek het slecht om met de massa mee te lopen, die kudde van herder Likmevestje. Om mij door algoritmes allerlei zooi door de strot te laten douwen en om ons huis vol te zetten met (zelfbouw) meubeltjes van de Grote Gelijkmaker. En zó heb ik ook moeite met ’formats’. En met geldgeile mensen die woorden als ‘doorkopiëren’ en ‘uitrollen’ bezigen.

Meisje-mijn en ik waren vorige maand in Chur. Op het hartje van de hoofdstad van het Zwitserse kanton Graubünden lijkt de tijd geen vat te hebben – ik houd daarvan. Het is niet zozeer een ‘vroeger was alles beter,’ maar vooral: rustiger. Dat centrum is een openluchtmuseum, sereniteit walmt op uit eeuwenoude voegen. De horeca is er van het type ‘Deutsche Kneipe’ waar ze nét die rood-wit-zwarte vlag van de muur hebben getrokken, dat tijdsbeeld. En er is een Ierse pub. Buiten Ierland tref je in grotere steden waar veel Ieren wonen soms een ‘echte’ Ierse pub aan, vaker maak je deel uit van een format. Een formule, waar de firma Guinness een dikke vinger in de bierpap heeft en ook de rekwisieten levert: lampen, spiegels, ‘vintage’ posters, schilderijen en sportsjaaltjes. De kroegbaas vult de parafernalia eventueel aan met rommelmarkt- en online vondsten.
In de Ierse pub in Chur sprak echt niemand Engels. Sterker: ze spraken er niet eens Duits! Werkelijk niet te verstaan dat Schwyzerdütsch. Het leken wel dronken Ieren.

 

 

Leave a Reply